|
|||
De idee van de code ligt aan de basis
van de genetische manipulatie. Achter elk digitaal beeld schuilt een code. Vorderingen omtrent beeldrechten of patenten verlopen volgens een code. Het gerechtelijk wetboek (codex), de genetische code, de digitale code: ze vullen elkaar aan, doorkruisen elkaar, spreken elkaar tegen. Maar nog breder verwijst de term naar een gedragswijze en spreekt men van de codes van de hedendaagse kunst of van de codering van de seksuele kenmerken. De term dekt dus verschillende ladingen maar duikt telkens weer op wanneer gevreesd wordt voor homogenisering, bot determinisme of een weg te werken onderscheid. Dat de code ons dikwijls met een onbehaaglijk gevoel achterlaat ligt waarschijnlijk aan de steeds meer zichtbare effecten op ons lichaam waar we niet langer omheen kunnen, en dit zowel op het vlak van zijn voorstelling als op dat van zijn structuur of zijn wettelijke status. De genetische manipulatie treft het lichaam in zijn structuur, in zijn erfelijk patrimonium. Uit een ziek weefsel wordt het deficiënte gen gehaald, bewerkt, in een eicel ingeplant: het wordt gedupliceerd, tot weefsel ontwikkeld en opnieuw ingeplant in het oorspronkelijk organisme dat het integreert zonder het te behandelen als een vreemde of vijandige stof. Het lichaam wordt repliceerbaar en elke definitie van de identiteit wordt overhoopgehaald. Juridisch kunnen de ondernemingen in de VS het corporation statuut aannemen. De corporation heeft dezelfde rechten als het individu. Wettelijk gezien is dus geen lichaam meer nodig om een persoon te worden, om corporate te zijn. Bij deze twee voorbeelden dekt de term verschillende ladingen: de genetische code werkt in totaal andere omstandigheden als deze waarin de statuten van een vennootschap worden opgesteld. Maar we vinden deze twee extremen wel simultaan in dezelfde wereld en in dezelfde tijd. Hoe kunnen beide dan benaderd worden zonder dat ze tot elkaar gereduceerd te worden? |
|||
De formalistische droom van de code | |||
"De idee van de gestuurde machine heeft zich in het zog van de moleculaire biologie tot de feitelijke basis van de nieuwe opvatting van het leven ontwikkeld. De moleculaire biologie heeft het organisatorisch model van de gestuurde machine overgenomen in de chemische processen die ze heeft ontdekt. Weliswaar waren de cybernetische begrippen het middel om kennis te verwerven over de molecule, en niet de molecule het middel om een beter inzicht te krijgen in de organisatie. De idee van de machine was in haar ogen slechts de weergave van de nieuwe moleculaire inkleding van het leven. In werkelijkheid had ze de leidende rol overgenomen". | |||
Morin La Méthode, deel 1, La Nature de la Nature, éd.du Seuil 1977 |
|||
"Dit is waarschijnlijk de essentiële rol van de juridische orde: belangrijker dan de co-actieve functie (verbieden-bestraffen) waartoe ze dikwijls herleid wordt of de regulerende en beherende functie waarmee ze thans al te graag gelijkgesteld wordt, maakt deze naamgevende functie de essentie uit van het recht. Deze naamgeving is tegelijk normaliserend en stellend in de zin dat "zeggen" hier werkelijk "doen" is. Het recht identificeert personen en zaken; het brengt ze letterlijk tot wettelijk bestaan, wat duidelijk tot uiting komt in het geval van de rechtspersoonlijkheid van de rechtspersoon". | |||
François HOST en Michel VANDEKERCKHOVE, Science et Droit: Les Paradoxes de la Création, in Profils de la Création (c) 1997 - Facultés universitaires Saint-Louis, Bruxelles |
|||
Bij een huwelijksplechtigheid stemt het uitspreken
van het "jawoord" voor de contractanten overeen met het stellen
van een daad. Omdat hun gedrag kadert in een context, die door een code
(codex) wordt beheerst, wordt het uitgesproken woord "geacteerd".
Wanneer mijn computer een javascript ontvangt en het beeld begint te bewegen
en wanneer de bewegingen van de muis nieuwe acties veroorzaken, reageert
hij op doorgezonden instructies van een andere computer. De ontcijferde
en gekopieerde script wordt onmiddellijk uitgevoerd. Zowel in de informatica
als in de juridische omgeving is de code (codex) een taal die, extreem gesteld,
bij de zender zeggen met doen, en bij de ontvanger lezen / kopiëren
met uitvoeren gelijkstelt. Deze opvatting van de code leidt rechtstreeks tot paranoia en tot de vrees voor een alles infiltrerende totalitaire redenering. Die paranoia kan ook in tegengestelde richting werken: elke zender kan ontvanger worden, en omgekeerd. De nachtmerrie is dan ook tweevoudig: de totale orde en de onbegrensde wanorde. Het gaat hier enigszins om de uiterste gedaanteverwisseling van het formalisme. De hedendaagse idee van de code wil de interpretatieve afstand tussen vorm en inhoud wegwerken. En de gestuurde machine doet ons, met haar rechtstreekse aansluiting bij de bevatting van het genetisch patrimonium, vermoeden dat niets meer zou kunnen interfereren tussen de machine en het levende wezen. Dat er steeds inhoud is, betrouwbaarheid, dat alles berekenbaar is, dat elke storing, elke ongewenste mutatie kan weggewerkt worden. Maar wie neemt de beslissing dat mutaties ongewenst zijn, wie beslist over de geldigheid van de sociale code die de machine terugstuurt? Het antwoord is: de sociale machine. |
|||
"De kunstmatige machines zijn weliswaar geslaagd in de ontwikkeling van energetische generativiteit, van informatiebevoegdheid, van organisatorische autonomie. Maar ze hebben geen werkelijke organisatorische generativiteit ontwikkeld. Ze hebben slechts een fenomenale organisatie ontwikkeld die producten voorbrengt, maar geen generatieve organisatie die productiemiddelen voorbrengt, en zichzelf voorbrengt. Dit betekent vooral dat ons verstand, dat zo sterk is in de organisatie van de macht, van de manipulatie, van de sturing, niet in staat is om te creëren wat zal creëren, om te produceren wat zal produceren, om te concipiëren wat zal concipiëren. (...) Onze machines kunnen niet echt als machines aanzien worden, maar als fragmenten van prothesen in de sociale megamachine." | |||
Morin La Méthode, deel 1, La Nature de la Nature, éd.du Seuil 1977 |
|||
De sociale machine wendt prothesen aan die haar culturele en juridische codes en haar rekenkundige conventies verlengen. En deze codes worden op hun beurt beïnvloed door de aanwending van de technowetenschappelijke prothese. De sociale machine en haar prothesen definiëren elkaar wederzijds. De plaatsen waar de prothesen worden gebruikt zijn strategische zones waar de fundamentele vraagstellingen samengebundeld worden en waarvan de meest significante mutaties uitgaan. Kunstenaars, theoretici en wetenschapsmensen hebben dit terrein uitgekozen voor hun tussenkomsten. Recente evenementen zoals Laboratorium in Antwerpen, Arts Electronica in Linz of Viper in Luzern zijn tekenend. | |||
Luc Steels, the Talking Heads Experiment (Laboratorium, Antwerpen). | |||
(Talking Heads zijn agenten-robotten die op computer werken en de wereld door de lens van digitale camera's zien. Ze geven raadseltjes op. Met trial and error stellen ze een gemeenschappelijk lexicon op om voorwerpen aan te duiden). | |||
Het ontwerp van Steels loopt op twee vlakken: het technologische vlak en dat van het fundamentele nadenken over het aanleren en het opbouwen van de taal. Voor Steels zullen de computers en voorwerpen in de toekomst kunnen spreken. Om ons te begrijpen zullen ze onze taal moeten aanleren. Opdat ze ons zouden kunnen toespreken zullen we hen moeten toespreken. Wat ook wil zeggen dat we het leerproces van een taal bij een machine zullen meemaken. Dit leidt dan ook weer tot de mogelijkheid, de juistheid vast te stellen van een aantal hypothesen over het ontstaan van de menselijke taal, wanneer we de ìgeboorteî van een taal in een wereld van machines kunnen meemaken. Kunstmatige intelligentie heeft in zijn ogen een dubbel belang: de dialoog met machines aanleren en de spiegel zijn van de vorige fasen van onze intellectuele ontwikkeling. Een belangstelling die prospectief is (kunstmatige intelligentie leidt tot het creëren van nieuwe communicatietools) en tegelijk retrospectief (de ontwikkeling van deze nieuwe communicatietools brengt ons een inzicht in de wijze waarop in de menselijke taal de woorden een betekenis hebben verworven). | |||
"Now, for the first time in history, robots are creating their own language and you can be part of it."(uit de site van L. Steels) | |||
Dit experiment toont aan dat woorden, die omwille
van hun effectief vermogen worden geselecteerd, voortdurend evolueren. De
taal is geen verstarde structuur. Ze past zich voortdurend aan. Die idee
wordt door een andere ondersteund: woorden wedijveren met elkaar om dezelfde
werkelijkheid aan te duiden. Tijdens zijn uiteenzetting toont Luc Steels
aan de hand van grafieken aan dat reeksen van woorden die uit ver van elkaar
verwijderde geografische entiteiten afkomstig zijn dingen naar het monopolie
over een uitdrukking. Dit concurrentiefenomeen wordt later in de voordracht
toegelicht. Om de medewerking aan het project aan te moedigen heeft Luc
Steels een Hall of Fame ingericht waarin de best presterende knowbots worden
tentoongesteld. Robotten bewegen zich immers niet in het abstracte universum
van de kunstmatige intelligentie. De theoretici van de kunstmatige intelligentie
hebben de neiging om de menselijke intelligentie terug te brengen tot uit
de cybernetica overgeërfde modellen, gekruist met modellen uit de cognitieve
psychologie. In beide gevallen gaat men ervan uit dat intelligentie formuleerbaar
is in een abstract veld, los van elke culturele, sociale of politieke context.
Het project wordt evenwel voortdurend beïnvloed. Luc Steels trekt de
aandacht van het publiek door zijn uitleg, dat Franstaligen er steeds op
uit zijn, Franse woorden aan te leren om de woorden te vervangen die door
de knowbots in een andere taal worden uitgesproken: hij gebruikt de term
"offensief". Tot bewijs van de belangstelling van de deelnemers
voegt hij hieraan toe, dat hij mails ontvangt van de "spelers"
met klachten over spelvervalsing omdat hun robot ondermaats presteert of
omdat allerlei ingrepen gebeuren, om hen van de overwinning af te houden.
Uit vrees voor saaiheid kleurt Steels de uiteenzetting met tal van deze
anekdoten. Spijtig genoeg worden de meest significante aspecten hierbij
over het hoofd gezien. Zijn scholingsmodel van de taal wordt in zijn procédé
beïnvloed door de competitieve context. Uiteindelijk licht zijn installatie
de manier waarop een taal zich ontwikkelt niet toe. Ze drukt op symptomatische
wijze uit, hoe de machinetaal verwikkeld geraakt in leerstructuren die meer
te maken hebben met competitie dan met dialoog. Hij merkt te weinig op dat
een van de uitgangspunten er niet in bestaat, samenhangende gehelen, groepen
die erin zouden slagen met elkaar te communiceren, te valoriseren, maar
individuen waarvan de woorden een groter aantal betekenisvolle omschrijvingen
hebben. En wat betekent "betekenisvol" wanneer een term door een vorm van herhaald duel kan weggewerkt worden? Met welke analysemiddelen kan het woord dat het in het duel heeft gehaald onderscheiden worden van het woord dat gebruikt wordt met de wens, de omschrijving uit de taal van de andere te gebruiken? |
|||
"If you get bored of waiting for evolution to do its work, why not do something to speed the process up? Take one of your agents that knows the right meaning of the word, and send it to a site where there are other agents that are using the wrong meaning so that it can teach them."(uit de site van Luc Steels). | |||
Zijn taalmodel is uiteraard relationeel: de betekenis van een woord wordt aanvaard omdat het deel uitmaakt van een relatienetwerk dat er het begrip van mogelijk maakt. De valorisatie van de acquisitiewijze van dit woord is die van het individuele slagen. In een relatienetwerk moet ik het grootst mogelijk aantal van "mijn" woorden opdringen om de eerste te zijn. Dit welbekend scenario heeft zware implicaties die veel verder gaan dan de gestuurde modelvorming. Wanneer een "speler" er in is gelukt een woord op te leggen en het blijft herhalen om zijn score te verbeteren, treedt het scenario op de voorgrond. | |||
"But wait if there are enough other agents there, maybe theyll teach your agent their meaning, and it will come back with the wrongmeaning! Maybe youd better send two agents " | |||
Nu het scenario wat duidelijker wordt kan men zich afvragen in welke context het tot stand komt. In de toekomst zullen we de machines moeten aanspreken opdat ze onze taal zouden spreken. Kunnen we ons op het speculatief niveau blijven houden of schuilt er een welbepaalde bedoeling achter de taal die de machines zouden moeten spreken? | |||
Eduardo Kac, GENESIS (Ars Electronica, Linz) | |||
Eduardo Kac stelt een reeks hercoderingen voor:
een uittreksel uit de Bijbel over de superioriteit van de mens op het dier
wordt in morsealfabet overgebracht. De morsetekens worden daarna omgezet
in een genetische sequentie die in een micro-organisme wordt ingeplant.
Uit de ontwikkeling van dit organisme ontstaan elektrische verschillen die
op hun beurt in geluidsgolven worden omgezet. Daarbij projecteert een camera
de evolutie van het gewijzigd organisme simultaan op het Net en op een muur. Genesis. In den beginne was er het Woord. Het amper vijf minuten durend interview op de Oostenrijkse televisie maakt het moeilijk, Eduardo Kac te situeren. Hij beweert de pionier te zijn van een nieuwe vorm van kunst die het niet langer enkel heeft over vormen, kleuren en ruimte, maar ook over het leven zelf: transgenetische kunst. Volgens hem zullen de kunstenaars van de toekomst samen moeten werken met technici en ingenieurs. Verder weidt hij evenwel niet uit. Ook reageert hij niet op de rechtstreeks ingezonden vragen in de mailing list van het festival. Het overige vinden we in wat hij toont. De visuele installatie is uiterst theatraal: donkere zaal, gerichte verlichting, sfeermuziek. De ovale vorm van de projectie roept de vorm van een planeet op. Op een muur werden, in een ruwe imitatie van middeleeuwse manuscripten, bijbelse woorden aangebracht. De hele enscenering staat in het teken van een emfatische opvatting van de schepping. Een schepping, waar aan de oorsprong van een taal ligt, die geen genoegen meer neemt met een rol van bemiddelaar om de wereld vorm te geven. De taal heeft plaatsgenomen in de kern van de zaak die ze wijzigt. De uitdrukking van de code is de uitdrukking van een levensvorm. Dat de relatie tussen mens en dier op genetisch vlak wordt ervaren als een mogelijke hybridisatie stemt veeleer tot enthousiasme. Maar de in de installatie uitgedrukte idee beperkt zich eerder tot de narcistische voldoening zich aan de bron te bevinden van een radicale manipulatie van het leven, dan dat ze een leefbare en anticiperende hybridisatie in het vooruitzicht stelt van wat een nieuw verbond tussen mens en dier de verschillende soorten zou kunnen bijbrengen. De zaken lopen trouwens andersom. Het zijn het gezag en de heerschappij van wie de code formuleert op de materie die de code enkel uitdrukt, die in dit proces het overwicht hebben. En technologie wordt dan symbool van sturing. |
- |
||
Een andere tussenkomst is die van
Susan Blackmore op het Viper Festival in Luzern. Tijdens het symposium Cut+Copy
definieert Susan Blackmore haar studieobject, de "memes", als
het equivalent van het gen op het niveau van de taal. Zoals voor Dawkins zijn genen ook voor haar replicatoren. Ze strijden voortdurend om zich te vermenigvuldigen, en alleen wie daar het best en het meest in is geslaagd kan overleven. Darwinisme, toegepast op de microstructuur. Ze brengt dit over op de mensentaal. De "memes" zijn uitdrukkingen, beelden, slogans, moppen die steeds weer herhaald worden en zich in de omgangstaal verspreiden. Mails met waarschuwingen over virussen worden op brede sociale schaal doorgezonden en verspreid. De hit die iedereen kent, enz. Met de verhoogde hedendaagse verpsreidings- en kopieermiddelen ontwikkelen de "memes" zich in versneld tempo en homogeniseren ze de taal. Tot slot stelt ze het publiek plechtig de vraag of we spreken om te communiceren, dan wel of de "memes" ons gebruiken om zich te vermenigvuldigen. Hiermee sluit ze aan bij Luc Steels, voor wie de woorden met elkaar concurreren voor een binaire herkenning, en bij Eduardo Kac, voor wie de woorden van de schepper / hercodeerder / programmeur het leven niet langer in de metaforische, maar in de dwingende zin uitdrukken. Uitdrukken betekent hierbij: een programma uitvoeren, een code lezen / kopiëren. En niet langer: interpreteren. Deze voorbeelden uit werken, theorieën en uiteenzettingen geven een tamelijk beperkt idee weer van de taal. Nochtans moet men vaststellen dat rondom hen een steeds bredere consensus is ontstaan . Ruim geprezen werken als dat van het Engelse collectief Mongrel of het minder bekende werk van de Belg Kobe Matthys open meer nauwkeurige perspectieven die rekening houden met de raciale, sociale of politieke inzet in een technologische omgeving. Daar waar installaties zoals die van E. Kac of projecten als dat van Steels kenschetsend zijn voor de problemen waarmee we bij de samenloop van sociale / wettelijke / raciale codes met de digitale code geconfronteerd worden, zijn de projecten van Agency of van Mongrel rond dezelfde vraagstellingen productief. |
|
||
|
|||
Mongrel (Ars Electronica, Linz) | |||
Deze groep ligt aan de basis van Natural Selection,
een bijzondere researchstool. Het bevat een groot aantal gegevens over de
migrantenculturen, die in de westerse wereld als minoritair worden aanzien.
In tegenstelling met wat voor de meeste researchstools ( loutere opsommingen
van ondoorzichtige gegevens ) het geval is, is dit een tool die dankzij
zijn specialisatie informaties ophaalt die verscholen blijven in de algemene
massa die zich richt tot het model van de meerderheid. De tool werkt daarenboven
automatisch in volle absurditeit. Wanneer iemand een racistische belediging
als "nigger" of "monkey" gebruikt leidt de tool de research
af naar één van de sites die door de server gehost worden.
Op deze sites vindt men lijsten van typische namen uit de Britse cultuur,
afkomstig van de koloniale cultuur, catalogi van racistische beledigingen
doorspekt met beelden die zich tot de surfer richten met "you can't
get rid of me", simulaties van street fighting met de politie... Technologie draagt hiermee bij tot de problematisering van de verhoudingen tussen de sociale en raciale codes en de codering, de hiërarchiesering van de databanken. |
|||
Kobe Matthys AGENCY | |||
Tijdens Laboratorium heeft Kobe
Matthys een databank opgebouwd die zorgt voor archivering en inventarisering
van alle acties met betrekking op de her-toeëigening van het dagelijkse
leven. Een encyclopedie van de schepping door het gebruik. Doel van dit
werk is de actieve rol te benadrukken van hen, die algemeen als instrumenten
worden aanzien: de bediende, de arbeider of de op straat lopende voorbijganger.
De her-toeëigening is één van de steeds weerkerende thema's van het situationisme, die er een subversief potentieel in zag, die een ware revolutie kon teweegbrengen in de spektakelmaatschappij. De optiek van her-toeëigeningen databank ligt anders. Het is er Kobe Matthys niet om te doen, een constante weerstand met heroïsche visies aan te prijzen. Michel de Certeau inspireert hem meer dan Guy Debord. De vergelijking tussen de morele instelling van Mongrel, die meer in de lijn van het situationisme blijft, en de ethiek van Agency is interessant. Ze tonen beide aspecten van gedrag of taal die vervagen door de vervreemding. Maar de strategieën zijn verschillend. De aanklacht et de revindicatie van Mongrel kaderen in de klassieke protestbeweging. De researchstool van Natural Selection stelt: je houdt ons verborgen, maar we bestaan; je maakt aanspraak op een zuiver ras, maar we maken nu reeds deel uit van je identiteit. In her-toeëigeningen databank is van revindicatie of aanklacht geen spraak. Het komt er met een zo transparant mogelijk proces erop aan, een cultureel mechanisme voelbaar te maken. En dat mechanisme, de her-toeëigening, is van dichtbij bekeken onverwacht complex. De personen die aan het project meewerken leiden een normaal leven. Ze helpen mee een systeem te doen werken dat hen tot uitvoerders herleidt. Op het vlak van het gedrag zijn ze wat de memes zijn op dat van de taal, ze voeren bevelen uit. Maar tussen bevel en uitvoering zijn allerlei afwijkingen: de printer die verslagen afdrukt, drukt ook wenskaarten af, enz. Gehoorzamen, zich aan bevelen houden, drukt zich uit in een indrukwekkende reeks kleine onderhandelingen, het steeds weer opbouwen van een territorium. Het spectaculair model van het scheppend woord dat systematisch met een reeks eenduidige codes van toepassing is ligt veraf. Er zijn storingen tussen bevel en uitvoering. Maar de storing werkt de arbeidstucht niet tegen, ze gaat samen met de conformiteit. De nauwkeurigheid van het dispositief ligt hierin, dat het creatief karakter van elke her-toeëigening onderstreept wordt, maar niet opgehemeld. Een onderneming die de complexiteit van een toestand handelbaar maakt zonder toe te geven aan ophemeling of voyeurisme. |
|||
Agency |
|||